Inkomensregelingen

Participatie en maatschappelijke ondersteuning

Bijstand

  • Voldoen aan de gestelde norm in het Coalitieakkoord 2014-2018 Met de Stad!

De doorlooptijd van een uitkeringsaanvraag is bepaald op 21 dagen.
Bij de realisatie en normering is rekening gehouden met een opschortingstermijn, indien de aanvrager nog informatie moet aanleveren.
In 2015 bedroeg de doorlooptijd van een uitkeringsaanvraag 14 dagen; in 2016 wordt opnieuw via een steekproef gecontroleerd of wordt voldaan aan de norm uit het coalitieakkoord.

Armoedebestrijding
Armoedebeleid staat in Arnhem hoog op de agenda. Naast regelingen ter verlichting van armoede, wordt ingezet op participatie en preventie, bij voorkeur in samenwerking met partners in de stad. Met de in 2016 vastgestelde nota Doorontwikkeling armoedeagendaen schulddienstverlening wordt hieraan uitvoering gegeven, zoals

  • maatwerkvoorziening bestaanszekerheid en de nieuwe tegemoetkoming schoolkosten, die in samenwerking met Stichting Leergeld vorm krijgt;
  • inzet op participatie en wijkgericht werken om het beroep op inkomensondersteuning, vooral bijzondere bijstand voor bewindvoering terug te dringen. Dit is ook het doel van Budget ondersteuning op Maat (BooM);
  • de doorontwikkeling in het versterken van de verbindingen met het maatschappelijk middenveld, onder andere via het Armoedepact. De verbinding met de wijk staat hierbij centraal.

Samenhang

Bijstand

  • Programma Van Wijken Weten, veranderopgaven Wijksturing in uitvoering en Transformatie sociaal domein;
  • Regulier programma R6, taakveld 6.4 Begeleide participatie.

Voor het verstrekken van inkomensondersteunende regelingen wordt er samengewerkt met de uitvoerders Werk van de Participatiewet en de wijkteams leefomgeving en sociale wijkteams. Als er mogelijkheden zijn richting uitstroom naar werk worden mensen overgedragen voor begeleiding naar werk. Voor bevordering persoonlijke zelfredzaamheid wordt er samengewerkt met de sociale wijkteams.

Armoedebestrijding
Armoede is niet alleen een tekort aan financiële middelen, maar heeft ook een verbinding met een tekort aan sociale en culturele middelen. Vanuit die definitie raakt armoede aan vrijwel alle beleidsterreinen in het sociaal domein:

  • Participatie en tegengaan sociaal isolement - GelrePas;
  • Gezondheid (sport) - GelrePas;
  • Onderwijs - Tegemoetkoming schoolkosten;
  • Inkomen - Bijzondere bijstand, Individuele Inkomenstoeslag en Kwijtschelding gemeentelijke lasten.

De meerjarige beleidskaders zijn opgenomen in de Armoedeagenda 2015 - 2018(2014).
Met de vaststelling van de nota Doorontwikkeling armoedebeleid en schulddienstverlening is ingestemd met de beweging naar een maatwerkvoorziening bestaanszekerheid. Met deze beweging sluit het armoedebeleid beter aan op de veranderopgaven in het programma 'Van Wijken Weten'.

Raadsonderwerpen of Actuele beleidskaders

Armoedebestrijding
Raadsonderwerpen

  • Armoedebeleid ZZP'ers en ondernemers;
  • Armoedebeleid niet westerse migranten.

Actuele beleidskaders

Armoedebestrijding

  • Gecontracteerde en gesubsidieerde partijen;
  • Stichting Leergeld.  

Bijstand

  • De ontwikkelingen in het uitkeringenbestand 2016 laat het volgende beeld zien:
  • In het eerste half jaar van 2016 is het volume met 4,2% gestegen. Dat komt heel dicht in de buurt van de totale stijging over 2015. Belangrijke redenen voor de toename zijn de doorstroom vanuit de WW, de instroom van statushouders en mensen die voorheen een beroep konden doen op de Wajong of WSW;
  • Van deze stijging is een deel te verklaren uit nieuwe uitkeringen voor statushouders. Er werden in de eerste helft van 2016 169 uitkeringen verstrekt aan statushouders. De totale volumestijging in 6 maanden was 301. Meer dan de helft (56%) van de volumegroei komt dus door statushouders. Ter vergelijking: in geheel 2015 kregen 118 statushouders een uitkering);
  • Een andere oorzaak van de stijging is de instroom vanuit het Voortgezet speciaal onderwijs (VSO) en praktijkonderwijs. Het gaat hierbij om ca 100 Arnhemse jongeren die worden ondersteund vanuit de Participatiewet. De ondersteuning is erop gericht om deze groep zoveel mogelijk vanuit stage naar werk toe te leiden;
  • Een andere oorzaak van de stijging is de instroom vanuit het VSO en Pro. Het gaat hierbij om ca 100 Arnhemse jongeren die worden ondersteund vanuit de Participatiewet. De ondersteuning is er op gericht om deze groep zoveel mogelijk vanuit stage naar werk toe te leiden. Deze ondersteuning verloopt succesvol. Slechts 15 jongeren zijn vanuit het schooljaar 2015-2016 in de uitkering gestroomd. Ook met deze jongeren wordt geprobeerd om hen via bijvoorbeeld Activerend werk alsnog richting regulier werk te krijgen;
  • Momenteel ontvangen er 7.400 huishoudens een Participatie uitkering;
  • Voor de komende jaren verwacht het CPB landelijk een toename van het aantal bijstandsuitkeringen. Bij ongewijzigd beleid piekt het aantal in 2019 en 2020 op 435.000. Pas in 2021 is er een lichte daling naar 430.000.

Armoedebestrijding

  • Uit cijfers van het CBS blijkt armoede in Nederland te zijn toegenomen sinds in 2008 de economische crisis begon. Dit heeft ook effect op het aantal kinderen wat opgroeit in armoede, hiervoor wordt aandacht gevraagd door o.a. de Kinderombudsman, maar ook door Stichting Leergeld Arnhem;
  • De GelrePas, het project 'De Arnhemse jeugd doet mee' en de nieuwe tegemoetkoming schoolkosten draagt eraan bij dat kinderen mee doen in Arnhem. Onlangs is Arnhem ook als een best practise genoemd in een onderzoek naar Kindpakketten;
  • Indexatie Armoedeagenda:

In het Coalitieakkoord is opgenomen (afspraak W5), dat het budget voor armoedebeleid in de begroting wordt bepaald door het begrote budget in het voorgaande jaar te vermeerderen of te verminderen met de procentuele toe- of afname van het aantal huishoudens met een laag inkomen (op basis van landelijke ramingen in het jaarlijkse Armoede Signalement van het CPB). Dit is taakstellend voor de uitvoering en staat innovaties binnen het armoedebeleid niet in de weg. De indexatie is op basis hiervan berekend en is € 187.000 lager dan in de vorige begroting. Deze wordt ten gunste van de algemene middelen gebracht.

  • Armoede-agenda/bewindvoering:

De kosten van bijzondere bijstand voor bewindvoering stijgen al jaren en zetten de armoedeagenda steeds verder onder druk. In 2009 werd € 3 ton uitgegeven aan dit onderdeel, in 2015 naar verwachting ruim € 2,7 miljoen. Deze stijging zet zich door in 2016. Om die reden is interventie noodzakelijk. Bij de perspectiefnota is besloten om te voorkomen dat door de verdere groei van de kosten bewindvoering, de overige onderdelen van de armoedeagenda steeds meer onder druk komen te staan, het onderdeel bewindvoering los te koppelen van de Armoede-agenda;

  • Met het project Budgetondersteuning op maat (BooM) worden de kosten voor bewindvoering terug gedrongen. Door nieuwe klanten in eigen beheer de faciliteiten van het gemeentelijke budgetbeheer en -coaching aan te bieden en daarnaast bestaande klanten van de commerciële bureaus over te nemen, kunnen de kosten van bewindvoering aanzienlijk worden teruggebracht. Voor het realiseren van het project BooM en het terugdringen van de uitgaven bewindvoering is extra inzet in 2017 ad € 510.000 en in 2018 van € 127.000 noodzakelijk. Deze extra kosten worden naar verwachting na 2018 terugverdiend (zie ook taakveld 6.71 Maatwerkdienstverlening 18+, waar schuldhulpverlening onder valt);
  • Prognose Bijzondere Bijstand: Armoedeagenda:

Financiële problemen en armoede maken de kans om mee te doen in onze maatschappij kleiner. Daarom wordt met nadruk ingezet op het voorkomen hiervan en een armoedebeleid waarmee met de juiste middelen een grote groep Arnhemmers en vooral kinderen worden bereikt. Op 27 juni 2016 is de doorontwikkeling van de Armoedeagenda en schulddienstverlening geamendeerd vastgesteld. De nieuwe maatregelen hebben waar mogelijk een preventief karakter en hebben tot doel de zelfredzaamheid van inwoners te vergroten.
In de prognoses van de bijzondere bijstand wordt een structureel tekort voorzien;

  • Kwijtschelding afvalstoffenheffing:

Om de inkomsten en uitgaven van de armoedeagenda op termijn weer in balans te brengen, wordt in de doorontwikkeling van de armoedeagenda voorgesteld om de kwijtschelding van de afvalstoffenheffing te verlagen. Per 1 januari 2018 wordt naar verwachting Diftar ingevoerd. Dit jaar nog zal de invoering van Diftar in een raadsvoorstel nader worden uitgewerkt. De invoering van Diftar is een goed moment om de kwijtschelding op afvalstoffenheffing te beperken. Minima hebben dan immers meer dan voorheen directe invloed op de kosten van hun afval. Op basis van extern onderzoek is gebleken dat de toe te rekenen kosten aan de afvalstoffenheffing in 2017 niet boven de wettelijke grens van 100% kostendekkendheid komen. Op basis van de afspraken in het coalitieakkoord kan dus indexatie plaatsvinden. Vanaf 2018 is dit niet het geval. De heffing wordt vanaf dan ten laste van de algemene middelen naar beneden bijgesteld om weer binnen de wettelijke grens van de kostendekkenheid te komen.

Prestaties en of effectindicatoren

Bijstand
Doorlooptijd uitkeringsaanvraag binnen 21 dagen

Armoedebestrijding
Aantal huishoudens met inkomen tot 120% van het sociaal wettelijk minimum: 15.000.

Toelichting:
Aantal huishoudens met inkomen tot 120% van het sociaal wettelijk minimum: 15.000

JV 2015

2016

2017

2018

2019

2020

Huishoudens met een Gelre Pas

13.827

14.500

15.000

15.000

15.000

15.000

% bereik van de doelgroep

88

94

97

97

97

97

% benutting voorziening

72

73

75

75

75

75

Monitoring

Bijstand

Armoedebestrijding

  • Op landelijk niveau kwamen in voorgaande jaren de zogenaamde armoedesignalementen uit.

Vanaf 2015 is deze publicatie veranderd in 'Armoede en sociale uitsluiting' (2015);